B. Keulsche Vaart, beurtmotor

De Keulsche Vaart is mooi gerestaureerd (foto: Simon J. de Waard, 2012)
De Keulsche Vaart is mooi gerestaureerd (foto: Simon J. de Waard, 2012)

Beurtmotor

De Keulsche Vaart is een motorschip gebouwd voor de beurtvaart, in schipperstermen een “beurtmotor”. Beurtvaart was een vorm van openbaar vervoer van reizigers, stukgoed en vee op vaste trajecten en volgens een vastgestelde dienstregeling.

De Keulsche Vaart is in 1923 gebouwd door de scheepswerf van de Gebr. Boot te Leiderdorp. Vanaf die tijd heeft het schip tot ca 1960 een beurtdienst onderhouden tussen IJsselstein (aan de gekanaliseerde Hollandse IJssel) en Rotterdam. Met een frequentie van 2 diensten per week is dit schip dus duizenden malen langs Gouda gevaren!

De lengte van het schip is afgestemd op de Waaiersluis die vlak bij Gouda in de Hollandse IJssel de overgang vormt tussen de getijrivier en het gekanaliseerde deel. Deze sluis heeft een schutlengte van 24,50 meter, De lengte van de Keulsche Vaart is 24,16 meter, dus schutten was voor de schipper een precies werkje! Met een breedte van 4,50 meter kon het schip maximaal 76 ton vervoeren.

Einde van de beurtvaart

Toen na de Tweede Wereldoorlog het wegverkeer snel begon te groeien werd het aandeel van de beurtvaart in het vervoer snel kleiner. Met name de strenge winter van 1962-1963, toen de binnenvaart lange tijd praktisch stil lag, betekende voor veel beurtvaartbedrijven het einde.  Rond 1960 is de Keulsche Vaart overgenomen door Six Diervoeders in Oudewater. Voor het transport van grondstoffen voor veevoer van zeehaven Rotterdam via de Waaiersluis naar Oudewater had het schip natuurlijk ook de ideale lengte voor de nieuwe eigenaar.

Behouden erfgoed als comfortabel woonschip

In 1975 was door de schaalvergroting in de binnenvaart het schip niet meer rendabel, zelfs niet voor de vaart op Oudewater en is het in Amsterdam terecht gekomen als woonschip.

Vanaf het jaar 2000 wordt het echter weer in oude glorie gerestaureerd. En het leuke is dat het schip nu een vaste ligplaats heeft in Rotterdam, nagenoeg op dezelfde plaats waar het als beurtschip talloze malen heeft gelost.

Scheepsmotoren

Voor de liefhebber nog de motoren-geschiedenis van de Keulsche Vaart.

Bij de bouw in 1923 is er een Van Rennes liggende petroleummotor ingezet. Later (niet bekend wanneer) is deze vervangen door wederom een Van Rennes motor, een twee-takt gloeikopmotor. Dit is een zg. ruw-oliemotor die loopt op zowel minerale als op plantaardige olie.

De derde motor was een Ford Lehmann 6 cylinder dieselmotor, bouwjaar onbekend

Leyland 6 cylinder 86 PK

Nu staat er een Leyland 6 cylinder in van 86 PK uit 1981.

Van Rennes liggende petroleummotor, Kromhout Motorenmuseum Amsterdam  (Foto: Gert Herrebrugh)
Van Rennes liggende petroleummotor, Kromhout Motorenmuseum Amsterdam (Foto: Gert Herrebrugh)

Meer over dit type motor: www.debinnenvaart.nl/binnenvaarttaal/index.php?afbeeldingen4=van-rennes

Naam de gloeikop

De naam ‘gloeikop’ komt van de (hier) aluminiumkleurige ‘helm’  bovenop de cilinder. Die wordt van buitenaf door een petroleum- of gasbrander heet gestookt waardoor de gasolie bij het starten goed tot ontploffing komt.

Een Van Rennes gloeikopmotor, Museumwerf Vreeswijk (foto: Pieter Klein)
Een Van Rennes gloeikopmotor, Museumwerf Vreeswijk (foto: Pieter Klein)

Meer over deze motoren: www.debinnenvaart.nl/binnenvaarttaal/index.php?afbeeldingen4=van-rennes_25pk

Hendrik Bijnsdorp, juni 2022