Skûtsje Oeral Thûs
De Gebroeders Gerrit en Jan Barkmeijer begonnen in 1889 een werf in Sneek, hier introduceerden zij de ijzerbouw in Friesland. De Oeral Thûs werd in 1894 door ‘Vier gebroeders’ op deze werf gebouwd en behoort tot de oudste nog zeilende skûtsjes.
Draaimolen
Afhankelijk van het seizoen vervoerden deze scheepjes mest, terpaarde, aardappelen en andere bulkgoederen. De schipper en zijn gezin woonden aan boord van het roefschip zoals een skûtsje in de beginperiode werd genoemd. Bijzonder is te vermelden dat de derde eigenaar kermisreiziger was en het skûtsje gebruikte om een draaimolen te vervoeren.
Houten luikenkap
Vanaf 1956 kwam het schip in de recreatie terecht. Het behield de luikenkap en roef, het gezin van Dokter Bonjer uit Warmond zeilde er iedere zomer mee naar Friesland of Zeeland. Na 1980 werd er een bollenstal gemaakt en schoof de roef wat naar voren, de houten luikenkap is nog steeds origineel. De laatste jaren neemt de Oeral Thûs deel aan regionale wedstrijden en evenementen als Sail Amsterdam. Hellingbeurten vinden plaats bij Stallinga, de werf voor historische schepen uit Leiden en omgeving.
Voor meer informatie: klik hier
Luxemotor Oude Jan
“Duurzaamheid in de scheepsvaart is de toekomst”.
Ten tijde van het losgerei werden er vaak rioleringsbuizen geladen te Arkel voor het achterland. De Oude Jan werd gebouwd met een liggende Renes petroleummotor van 35 PK. In de jaren ’50 werd deze vervangen voor een Bedford van 90 PK. Sinds 2011 wordt dit schip diesel/elektrisch aangedreven door 2 John Deere generatoren van respectievelijk 48 kw en 80 kw. Deze kunnen afzonderlijk maar ook gekoppeld worden aan een 110 kw elektromotor. Voor meer informatie: klik hier
“De Parlevinker”
“Een parlevinker was een kruidenier op het water, een varende winkel, die met name de binnenvaart van proviand, drank en rookwaar, krant en tijdschriften voorzag en vaak ook van verf, smeermiddelen enzovoort. Ook werd wel de post verzorgt van en naar de binnenvaartschepen“.
Door de komst van koelkasten en het feit dat steeds meer schippers een auto aan boord hadden, kregen de parlevinkers steeds minder te doen. Ook het verdwijnen van de mogelijkheid belastingvrije drank en rookwaren te leveren door EEG-regels heeft bijgedragen in het verdwijnen van de parlevinkers.
Dit schip is besteld in 1964 door de bekende Amsterdamse parlevinker Evert Dijk. Een van de vier broers die hun vader Hendrik Dijk als parlevinker opvolgde. Dit waren de broers Dirk, Geurt, Wim en Evert.
Zij bediende het hele Amsterdamse haven gebied. Evert heeft gewerkt als parlevinker van 1949 tot 1970. In 1972 heeft Evert de boot verkocht aan zijn broer Dirk die de boot omdoopte in “Hendrik”. Cor en Dirk zoons van Evert hebben de zaak in 1982 overgenomen van hun oom Dirk.
In de jaren 90 ging het parlevinken met een varend schip niet meer. Dirk is toen gestopt. Cor heeft ook nu nog een drijvende winkel in de Amsterdamse Coenhaven in kantine benodigdheden en werkkleding.
Onderduikers in WOII
In 2009 werd de familie Dijk geëerd met de Israelische Yad Vashem medaille voor de hulp aan onderduikers in de Tweede Wereldoorlog. Met hun toenmalige parlevinker zijn meerder onderduikers in veiligheid gebracht. Ook de huidige eigenaar zet zich in voor de maatschappij.
Voor meer informatie: klik hier
Motorsleepboot Quo Vadis
Voor meer informatie: klik hier
Klik verder naar de volgende pagina:
