6. Amsterdamse Veer

… want de boot gaat zo vertrekkûh!

Vanaf de late middeleeuwen ontwikkelde zich een systeem van beurtvaart tussen de steden in onze waterrijke Lage Landen. Beurtvaart is een vorm van openbaar vervoer van reizigers, stukgoed en vee op vaste trajecten en volgens een vastgestelde dienstregeling. De overheden, vaak steden, zagen streng toe op een ordentelijke uitvoering. Dan wist iedereen waar hij aan toe was.

De trekschuit
In de Gouden Eeuw, vond er een stormachtige ontwikkeling plaats van het reizigersvervoer per trekschuit. Door veelal speciaal daarvoor gegraven trekvaarten werden steden onderling verbonden.  Met door paarden voortgetrokken (gejaagde) trekschuiten werden dagelijkse verbindingen onderhouden. In tegenstelling tot de zeilende beurtschepen hadden trekschuiten geen last van verkeerde wind en ging het er ook voor de passagiers een stuk rustiger aan toe. Zo de landwegen al begaanbaar waren, was reizen per koets wel dubbel zo snel, maar vele malen duurder. En door het gehots bots ook ongerieflijk. Tegen 1700 nam naar schatting 2/3 van de reizigers in Holland de trekschuit.

Rivierlandschap met zeilboten en een trekschuit (Salomon van Ruysdael, 1660) (Collectie Mauritshuis, Den Haag)
Rivierlandschap met zeilboten en een trekschuit (Salomon van Ruysdael, 1660) (Collectie Mauritshuis, Den Haag)

Gouda-Amsterdam vv

Sinds 1658 was vanaf het Amsterdamse Veer hier een florerende trekschuitverbinding naar Amsterdam met ongeveer 30.000 passagiers per jaar, ruim 80 per dag. Per schuit konden 25 tot 35 reizigers mee, met een snelheid van 6 kilometer per uur duurde de reis naar Amsterdam 8 uur. En heel stipt, bij te late afreis of aankomst kreeg de schipper een flinke boete.

Bleekvelden

De trekschuit vervoerde ook veel wasgoed van en naar Amsterdam want Gouda huisvestte dankzij het schone rivierwater over de zeventig blekerijen. De naam Blekerssingel verwijst daar nog naar, de bleekvelden lagen buiten de stadsmuur over de singel.

Toen omstreeks 1850 de stoomtrein zijn intree deed, verdween de trekschuit als vervoersmiddel uit het openbaar vervoer.

Beurtvaart: Bargedienst Amsterdam-Gouda, ca 1920, op het nu gedempte Nonnenwater (foto: archief T.C. de Hoog)
Beurtvaart: Bargedienst Amsterdam-Gouda, ca 1920, op het nu gedempte Nonnenwater (foto: archief T.C. de Hoog)

De beurtvaart grijpt zijn kans
Voor de beurtvaart was de komst van stoom natuurlijk een mooie kans omdat stoomschepen niet van de wind afhankelijk waren. In 1840 werd in Gouda Rederij de IJsel opgericht die vanaf de Veerstal een beurtdienst op Rotterdam onderhield met stoomboten. Andere beurtdiensten met stoomboten volgden, zoals die op Zaandam door de Goudse Firma T. de Hoog die o.a. vaten stroop vervoerde voor de Goudse wafelbakkers. Uit Leiden voer De Volharding op Gouda en uit Amsterdam de Bargedienst Amsterdam-Gouda.

Lang heeft de beurtvaart een grote rol gespeeld in het binnenlands vervoer. Door de stormachtige groei van het wegverkeer is daar na de Tweede Wereldoorlog een einde aan gekomen. In 1970 was de beurtvaart ter ziele.

Schepen op de Gouwe, 1909. Gezien met de rug naar het Amsterdams Verlaat (foto uit Streekarchief Midden-Holland, Gouda)
Schepen op de Gouwe, 1909. Gezien met de rug naar het Amsterdams Verlaat (foto uit Streekarchief Midden-Holland, Gouda)

Hendrik Bijnsdorp, juni 2022