4. Donkere sluis

De sluis der zuchten

Omstreeks 1250 werd de Haven gegraven als nieuwe benedenloop van de Gouwe. Waar de Gouwe overging in de Haven werd tevens een keersluis gebouwd. Bij hoogwater op de Hollandse IJssel kon het hoge water dan niet de Gouwe in stromen. De houten keersluis was gebouwd als een koker, waardoor het in de sluis donker was. Vandaar de naam: Donkere Sluis. Als keerdeur diende een grote schuif die men kon laten zakken als het water op de IJssel te hoog werd.

Donkere Sluis, gerestaureerd in 2011. In de voorgrond de kruisdeuren (foto: Nico J. Boerboom)
Donkere Sluis, gerestaureerd in 2011. In de voorgrond de kruisdeuren (foto: Nico J. Boerboom)

Donkere Sluis

Voor de scheepvaart was de keersluis natuurlijk lastig want je kon er alleen door varen als het water aan weerskanten ongeveer gelijk stond. In de praktijk was dat iets vóór en iets na laagwater op de Hollandse IJssel.
In 1308 werd een tweede versie van de Donkere Sluis gebouwd, met stenen muren maar nog steeds met maar één schuif. Die schuif werd door middel van tredmolens geheven. Tien tot twaalf mannen waren daar voor nodig, volgens het sluisreglement moesten die geleverd worden door de passerende schepen.

Model van de tredmolen van de historische Donkere Sluis. Collectie Gouds Museum  (foto: Nico J. Boerboom)
Model van de tredmolen van de historische Donkere Sluis. Collectie Gouds Museum (foto: Nico J. Boerboom)

De sluis was zeer beperkt van afmetingen, in feite dé flessenhals van de vaart tussen IJssel en IJ. De breedte was 4,75 meter, de diepte bij laagwater zo’n 1,50 meter en de schuif kon maximaal 3 meter geheven worden.

Binnenkomende schepen moesten ook de mast laten zakken om door de sluis en de vaste bruggen verderop te varen. Dat gebeurde met behulp van de stadskraan aan de haven.

Het passeren van de sluis en de stad was dus ’n hoop gedoe. De Gouwenaren vonden dat prima, als de schepen langer in de stad lagen konden ze er ook meer aan verdienen.

Verbetering

Vanaf 1436 werd de situatie wel beter, omdat toen het Amsterdams Verlaat gebouwd werd, een keersluis 380 meter verderop in de Gouwe. Daardoor was feitelijk een lange sluiskolk ontstaan met de ene schuif in de Donkere Sluis en de andere in het Amsterdams Verlaat.

Begin 17e eeuw wordt de oude Donkere Sluis vervangen en van puntdeuren voorzien, de breedte van 4,75 meter blijft echter gehandhaafd. De huidige Donkere Sluis ziet er nog zo uit, alleen de kruisdeuren zijn er naderhand bijgekomen.

Die kruisdeuren zijn zo slim ontworpen dat ze tegen het hoge water in geopend kunnen worden. Tot de afsluiting van de Haven in 1954 werden ze gebruikt bij het doorspoelen van de grachten met schoon IJsselwater, het zogenoemde ‘schuren’.

Schuren van de grachten in Gouda

Om de stadswateren te kunnen doorspoelen (in Gouda schuren genoemd) en het water te verversen is de Donkere Sluis rond 1770 voorzien van extra deuren van het type kruisdeur. Ze bestaan uit een combinatie van 2 binnendeuren en 2  buitendeuren. In gesloten toestand vormen ze een kruis (X).

Figuur 1

Ze werken als volgt. De buitendeuren en binnendeuren worden gesloten, buitenwater en binnenwater staan dan nog laag. De buitendeuren wijzen in een punt naar binnen en worden op de ‘kruising’ tegengehouden door de binnendeuren. Zie figuur 1. Men laat het buitenwater stijgen en via schuiven in de buitendeuren kan het water in de driehoek A tussen buitendeur, binnendeur en sluismuur, meestijgen. De binnendeuren worden door het hoge water stevig aangedrukt en de hele zaak blijft netjes gesloten.

Figuur 2

Om de deuren te openen laat men het water in de driehoeken A via een omloopriool naar het lage binnenwater wegstromen. Zie figuur 2. De druk tegen de binnendeuren valt weg en ze kunnen met een beetje hulp van de sluiswachters worden opengetrokken. Het hoge buitenwater doet de rest.
Simpel door zijn eenvoud. Maar je moet wel op het idee komen!

Het schuren begon met het sluiten van de kruisdeuren in de Donkere Sluis. Vervolgens liet men, als het water op de IJssel na hoogwater ging zakken, via de Havensluis de Haven vollopen. Als het water in de Haven hoog genoeg stond werden de kruisdeuren geopend en schoot er een kleine vloedgolf de Gouwe op en onderweg de zijgrachten in. Via een stelsel van deuren in de grachten kon het water gedwongen worden een bepaalde route te volgen. Na het schuren werd de watermassa met laag water weer op de IJssel gespuid.

De kruisdeuren worden geopend voor het ‘schuren; van de grachten, 1936   (foto uit Streekarchief Midden-Holland, Gouda)
De kruisdeuren worden geopend voor het ‘schuren; van de grachten, 1936 (foto uit Streekarchief Midden-Holland, Gouda)

Tot begin jaren 50 waren de stadsgrachten nog een soort open riool en werd er regelmatig geschuurd. Met het afsluiten van de Havensluis in 1954 was dat verleden tijd. Er worden in de zomermaanden op donderdag door het Gouds Sluiswachtersgilde nog wel demonstraties gegeven van de werking van de kruisdeuren.

Een animatievideo van het schuren van de grachten is te vinden op youtube.com/watch?v=4eYSINWEX2c

Hendrik Bijnsdorp, juni 2022